Het is slechts een kwestie van tijd voor de muziektijdschriften je weer beginnen doodgooien met eindejaarslijstjes. Een van de platen die je vasthoudt, is zeker meermaals voorbij zal zien komen is Sahara, de langverwachte tweede langspeler van Tamino. Dat de Antwerpenaar met Egyptische roots afzonderlijk met dat album helemaal terug op de kaart wist te zetten is best wel ontdekt, gezien hij een hele tijd van de verdwenen planeet prei te zijn. Toch was zijn comeback van zo’n grote kwaliteit dat hij meteen drie keer het Koninklijk Circus tot de nok wist te vullen. Niet onverdiend, want de jongeman spreekt over de voorbije weken al hoge ogen met een tournee door de Verenigde Staten en Europa. Tamino was met andere woorden helemaal warmgedraaid om in zijn thuisland het eerste deel van zijn comeback af te sluiten.
Nog voordat we ondergedompeld werden in de wereld van Sahara, mocht Loverman de debatten openen. Het nieuwe project van Shht-frontman James De Graef bestaat nog niet zo gek lang, maar wist in het Koninklijk Circus wel meteen potten te breken. Geen rechthoekige beats onder dit alias, maar een mix van verdachte indierock met eerlijke folkrock. Wie James al eens in zijn onderbroek over het podium zag springen, stond zeker met zijn mond vol tanden toen hij met enkel en alleen met een akoestische gitaar het publiek het zwijgen oplegde. Met ingehouden adem hing het Koninklijk Circus aan Lovermans lippen, met het grootste respect te wachten om hem te belonen met applaus. Als De Graaf dan eens het podium verkende, kwamen zijn entertainerscapaciteiten ook nog eens naar voren. Zeker toen hij op het einde kwam in conversatie met het publiek, waarbij de zaal de woorden moest terugzingen. Een fijne wisselwerking, met als kers op de taart een Loverman die de massa indook, zijn microfoon in een jongedame haar handen duwde en al dansend de zaal verliet. Een bijzonder sterk voorprogramma dus, en dat ook nog eens van eigen bodem!
Het Koninklijk Circus werd met andere woorden opgewarmd voor Tamino, die er om klokslag negen uur geen doekjes om won. De Antwerpenaar is een man van weinig woorden en trad zonder aankondiging met zijn luit uit de duisternis om helemaal in z’n enige zaal het zwijgen op te legen met “A Drop of Blood”. Intrigerend, beklijvend… noem het hoe je wilt: de toon was meteen gezet. Bij het verschijnen van “The Longing” werd de man geleidelijk aan vervoegd door zijn driekoppige band, waardoor het nummer openbloeide in zijn kleinheid, al bleek het achteraf gezien toch vooral “The Flame” dat het echte startschot van de set was. Vanaf dat moment mengde drummer Ruben Vanhoutte zich namelijk in de debatten, maar deed ook een sobere maar o zo effectieve lichtshow zijn intrede. Het gaf allemaal wat extra cachet aan het geheel, waardoor de uithalen nog wat intenser binnenkwamen, maar de nummers ook gewoon dat extra tikje magie kregen.
Dat kwam bijvoorbeeld het beste tot uiting in het middenstuk van de set, want zo wist “Sunflower”, ondanks de afwezigheid van Angèle, ons helemaal te betoveren en waren we erg onder de indruk van de hoge noten die Tamino in de ontwikkeling tot stand bracht, en ook wel magisch, “Persephone”. Toen de man voor “Cigar” dan weer plaatsnam achter zijn piano, kregen we zelfs een geheel andere versie van het hitje te horen; enigszins herkenbaar, met meer diepgang. Een lijn die ook doorgetrokken werd in de richting van het beklijvende “You Don’t Own Me”, waarin Tamino en zijn band richting einde een eerste keer hun duivels ontbonden: een eerste doelje in de set, grondiger werd gebouwd.
Dat er daarna zelfs wat gas terug werd genomen met “My Dearest Friend and Enemy” en het gemoedelijkere “Cinnamon”, beide gebracht door Tamino solo op gitaar, viel dus wel te begrijpen. Dat er met “Oldest Devotion” meteen daarna ook een onuitgebracht nummer in de setlist opdook was inderdaad een verrassing. Het prachtige nummer — zeker een hitje, onthoud het — bleek meteen ook het ideale opstapje richting de eindsprint. Die werd op dromerige wijze ingezet met “Indigo Night”, maar al snel werd duidelijk dat Tamino alsmaar meer onder onze huid begon te kruipen. Zo verzekerde de lichtshow bij “The First Disciple” bijvoorbeeld weer voor een bezwerend effect, maar lag het begin van de avond in het bereikte “woth”. De voltallige band ontbond nog eens al zijn duivels, behalve dat Tamino er zelfs alleen voor stond.
Natuurlijk fungeerde hit “Habibi” als afsluiter en daardoor klonk de vocale uithalen nog altijd even indrukwekkend, maar het was voor ons toch bisnummer “Only Our Love” dat de perfecte afsluiting van de avond bleek. Nog dat onderliggende solomomentje, dat eigenlijk meteen ook de hele avond samenvatte: een beetje verlegen, maar toch zo wondermooi
Terwijl de sneeuwvlokken buiten de hoofdstad dwarrelden, nam Tamino het Koninklijk Circus mee op een tripje richting het warme oosten. Dat de Antwerpenaar met regelmaat uit hetzelfde vaatje tapt, live een kleiner groot probleem dan gedacht bleek. Samen met zijn liveband en lichtshow gedurende hij aan elk nummer nieuwe accenten toe, waardoor we ons nooit echt verveelden. Het was met andere woorden een erg sterke set die Tamino gisterenavond neerzette, waardoor de sterktes van Sahara nog een tikje meer in de verf werden gezet. En ook dit komt van bij ons! Een avond om trots op te zijn.
De geplande kampeerdagen Tamino nog in het Koninklijk Circus (6 en 7 december), behalve hij op 23 maart Vorst Nationaal aandoen.
Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!
Setlijst:
Een druppel bloed
Het verlangen
De vlam
Fascinatie
Zonnebloem
Persephone
Sigaar
Jij bent niet de eigenaar van mij
Mijn liefste vriend en vijand
Kaneel
Oudste devotie
Indigo nacht
De eerste discipel
wat
Habibi
Alleen onze liefde